Het zoetwateraquarium en CO2
Vooral de CO2 bemesting in het aquarium is voor velen, die pas met een aquarium beginnen, nog een gesloten boek. Alleen al het woord CO2 maakt dat men zich onbehagelijk voelt. Dit is zeker onterecht, want een aquarium waarin een mooi plantenbestand goed moet gedijen, heeft een bepaalde hoeveelheid CO2 nodig. Want als tegenprestatie leveren deze gezonde planten de voor de vissen onontbeerlijke zuurstof.
De geschiedenis van CO2 in de aquaristiek
Tot in het midden van de jaren 60 speelde CO2 in het aquarium een verdachte rol. Men zag koolzuur als een gif dat absoluut uit het aquarium moest worden verwijderd. Hoe ontstond de omwenteling? Vanaf het begin van de aquaristiek in Duitsland (en ook in Nederland) tot in de jaren 50, werden aquaria spaarzaam verlicht. Ze werden of niet verlicht en in de buurt van een raam geplaatst, of ze moesten het doen met een klein gloeilampje. Licht is echter voor planten een noodzakelijke energiebron om voedingsstoffen te kunnen opnemen, of te assimileren, zoals de botanici zeggen. Omdat deze energiebron in te geringe mate aanwezig was, gebruikten de meeste planten nauwelijks voedingsstoffen, dus ook geen kooldioxide, en hadden ze een kort minimum bestaan. Vaak waren aquaria dan ook zonder planten. Kooldioxide (CO2) ontstaat echter in ieder aquarium op volkomen natuurlijke wijze door het uitademen van de vissen en de productie van de miljarden bacteriƫn tijdens het verwerken van voerresten, afgestorven plantendelen, algen enz. Omdat ook de waterbeweging in de vroegere aquaria maar schamel was geregeld, hoopte het CO2 zich op tot een teveel. Hierdoor ontstond een tekort aan zuurstof voor de vissen, die zich dan ook vaak happend naar lucht aan de oppervlakte bevonden. De wens van de aquarianen om de CO2 uit het aquarium te verwijderen was dan ook zeer sterk en er werden de gekste luchtpompconstructies bedacht om hieraan tegemoet te komen.
De omwenteling
Toen meer en meer buislampen (TL) voor het aquarium werden gebruikt, veranderde de situatie. Door deze betere energiebron kwam eindelijk de stofwisseling van de planten goed op gang. Deze konden eindelijk de aanwezige voedingsstoffen opnemen en verwerken. En uiteindelijk zorgde de opkomst van de circulatiepomp voor een betere waterbeweging. Nu verbruikten de planten meer voedingsstoffen, vooral koolstof en ijzer, dan het aquarium zelf kon leveren. En er ontstonden tekorten. En tot teleurstelling van vele aquarianen ging het met de plantengroei, ondanks de moderne technische hulpmiddelen, weer net zo slecht.
Als een van de eersten wees Dr. Rolf Geisler tijdens een aquarium congres in Wuppertal in 1965 op het gebrek aan CO2 in het aquarium. Vergelijking van het CO2 gehalte in natuurbiotopen wees hier duidelijk op. Meteen begon er een ijverig experimenteren door vele aquariumliefhebbers met mogelijke CO2 bronnen. Van toediening van koolzuurhoudend mineraalwater, zuren en het maken van CO2 via gisting, werd van alles uitgeprobeerd en veel geknutseld.
Toen ging de industrie zich ermee bemoeien en HILENA (de voorloper van Dupla) kwam als eerste op de markt met de Hilena CO2 diffuser, het eerste gepatenteerde koolzuur bemesting apparaat. Het bestond uit een handventiel voor CO2 patronen, een verbindingsslang en een diffusiebuis, die bovenaan voorzien was van een membraan. Dit apparaatje was de voorloper van het tegenwoordige omvangrijke CO2 programma.
CO2-Techniek Dennerle
Koolzuur-bemesting. Waarom?
Planten onttrekken koolzuur aan de omringende lucht (correcter: kooldioxyde of CO2). Daarvoor leveren ze zuurstof wat mens en dier nodig hebben om te ademen. De longen nemen zuurstof op en geven daarvoor CO2 af, hetgeen van levensbelang is voor planten, want zonder koolzuur is er geen groei mogelijk. Koolzuur productie van mensen en dieren, evenals koolzuuropname van planten vormen een voortdurende kringloop.
Waterplanten hebben niet direct toegang tot luchtkoolzuur. Ze gebruiken daarentegen de in het water opgeloste koolzuur. In de natuur stroomt voortdurend nieuwe koolzuur, overwegend uit de modderige bodem van het water. Krachtige, gezonde planten zijn het gevolg. En een weelderige plantengroei komt ook de vissen ten goede! Ervaren aquarianen weten dit reeds lang. Daarom is koolzuur voor een natuurlijk watermilieu onontbeerlijk.
Aquariumwater beval bijna altijd te weinig koolzuur. In het leidingwater wordt door beluchting reeds bij de waterleidingbedrijven natuurlijk koolzuur onttrokken.Nog meer koolzuur ontsnapt via het oppervlaktewater door waterbeweging of beluchting. Het nog overblijvende CO2 nemen de waterplanten gretig op. In tegenstelling tot de natuur ontbreekt in het aquarium de natuurlijke aanlevering, tenzij de bodem is bedekt met een zuurstof verbruikende en daarom ongewenste molmlaag uit voedselresten. Grote langzaam lopende filters, die sterk vervuild zijn en niet regelmatig worden gereinigd, produceren eveneens iets koolzuur.
Bij de toediening van CO2 vormen zich altijd afvalgassen- voornamelijk zuurstof en stikstof. Deze afvalgassen vermengen zich niet met het water. Ze zijn lichter dan CO2 en verzamelen zich als een gasbel boven in de CO2-apparatuur. Ze moeten daarom afgezonderd en regelmatig afgevoerd worden.
Gebrek aan CO2 heeft ingrijpende gevolgen:
-Misvormde en verkommerde plantengroei.
-De biogene ontkalking van het water.
-Onnatuurlijke, veel te hoge pH-waarde, dus veel te alkalisch water
-IJzergebrek van de planten en vissen
-Plotselinge ammoniak vergiftiging
-Stervende waterplanten (b.v. Cryptocorynenverslijming)
Slechts een systeem uit zorgvuldig op elkaar afgestemde bouwstenen garandeert een doeltreffend en toch ongecompliceerde koolzuur-bemesting. De apparaten moeten zo mogelijk automatisch fouten verhinderen. Bijvoorbeeld het afvalgas, het stoort de vermenging van CO2 met het water. Ofschoon de koolzuurfles schijnbaar nog koolzuur bevat, komt het tot een tekort aan koolzuur. Alle DENNERLE CO2-diffusors hebben daarom een automatische afvalgas ontluchting voor een storingsvrije CO2-afgifte.